- blad nr 14
- 26-8-2000
- auteur R. Sikkes
- Redactioneel
Masters bij hogescholen en universiteiten
Nu ook een commissie van de Onderwijsraad onder voorzitterschap van Alexander Rinnooy Kan - topman bij ING en oud-rector van de Erasmusuniversiteit - vindt dat de bachelors- en mastersstructuur in het hele hoger onderwijs moet worden ingevoerd, lijkt deze ontwikkeling onafwendbaar. De vereniging van universiteiten VSNU is niet langer tegen, maar vindt wel dat een hbo-master duidelijk anders moet zijn dan een universitaire master, omdat anders het onderscheid tussen de twee poten van het hoger onderwijs vervaagt.
De commissie houdt vast aan een vierjarige studiefinanciering, zeer tot ongenoegen van de universiteiten. In de academische wereld leeft de hoop dat met de mastersstructuur de studieduur overal weer kan worden verlengd tot vijf jaar, gekoppeld aan vijf jaar studiefinanciering. Na een driejarige bachelorsfase kan dan een tweejarige mastersopleiding volgen. Maar Rinnooy Kan voelt daar helemaal niets voor. Net zo min als hij de mastersopleidingen van de hogescholen wil financieren, ziet hij heil in een algemene studieduurverlenging voor de universiteiten. De VSNU vindt dat niet terecht. Als de universiteiten dan vijfjarige mastersopleidingen bedenken, krijgen studenten in het laatste jaar geen beurs meer. Hbo¹ers betalen overigens hun mastersopleidingen allang zelf.
De studentenvakbonden LSVb en Iso vrezen dat de nieuwe structuur verscherpte selectie tot gevolg zal hebben. Zij vinden dat iedereen het recht moet hebben om na zijn
bachelorsopleiding door te studeren. Rinnooy Kan is het daar niet mee eens. Bij de presentatie noemde hij het een zegen als hogescholen en universiteiten studenten voor mastersopleidingen kunnen selecteren.