• blad nr 6
  • 22-3-2014
  • auteur J. Muijres 
  • Kleine column

 

Ultimatum

Begin deze maand stuurde ik samen met de vertegenwoordigers van de andere onderwijsbonden een ultimatum naar de Mbo-raad, als laatste poging om nog op enigszins korte termijn tot aanvaardbare cao-afspraken te komen. Tegen de tijd dat u deze column leest, weten we of de werkgevers op onze eisen zijn ingegaan. Dat zou prijzenswaardig zijn, want het mbo heeft baat bij strakke afspraken over professionele ruimte en zit te springen om een cao.
Binnen onze achterban bestaat alle begrip voor de ‘laatste kans’ die we de Mbo-raad hebben gegeven om tot een cao te komen en is men desnoods bereid tot acties om de bestuurders van het mbo bij zinnen te brengen. Intussen hoopt iedereen ook dat het niet nodig is: acties hebben natuurlijk gevolgen voor de studenten die we een mooi vak willen leren en het zou fijn zijn als het ultimatum het enige drukmiddel blijkt dat nodig was om aan onze eis te voldoen.
Het mbo is de afgelopen jaren steeds meer in de greep gekomen van bestuurders die menen dat ze het allemaal weten. Tegen die ‘wij-regelen-het-wel’-houding liepen we de afgelopen maanden ook aan tijdens onderhandelingen voor een nieuwe cao. Op vrijwel elk voorliggend onderwerp troffen we een niet-constructieve werkgeversdelegatie tegenover ons.
Ik heb me daarover verbaasd. Het mbo ligt onder het vergrootglas van politiek en maatschappij. Terecht: men is kritisch op de kwaliteit en plaatst kanttekeningen bij veel bestuurlijke keuzes die de afgelopen jaren zijn gemaakt omdat verschillende instellingen in de sector zich vergaloppeerden aan vastgoeddeals en de rekening bij het personeel en dus de student werd gelegd.
Logisch dus dat de vakbonden afspraken willen om herhaling te voorkomen. Onderwijspersoneel wil de studenten in het mbo verder helpen en moet daartoe de gelegenheid krijgen. Ze moeten de ruimte krijgen hun lessen voor te bereiden, ze moeten er op kunnen vertrouwen dat bestuurders hun vakmanschap respecteren en ze moeten hun vak kunnen bijhouden. Zonder dat ze worden lastiggevallen door bestuurders met meninkjes, metinkjes en targets. Een docent heeft één doel: zijn werk goed uitvoeren zodat zijn studenten er iets aan hebben. En bestuurders moeten in dat licht maar één doel hebben: zorgen dat een docent ongestoord zijn werk kan doen.
Een helder verhaal kortom, maar de werkgevers wilden er niet aan. Vandaar dat ultimatum. In reactie deed de Mbo-raad alsof hij het in Keulen had horen donderen en riep op tot constructief overleg. Dat hebben we geprobeerd: maandenlang zat er een constructief opererende vakbeweging tegenover hun delegatie. Constructief overleg is mogelijk als onze basiseisen worden ingewilligd. Anders dondert het inderdaad. Niet in Keulen, maar boven het hoofdkantoor van de Mbo-raad in Woerden.

José Muijres
bestuurder AOb

Dit bericht delen:

© 2024 Onderwijsblad. Alle rechten voorbehouden
Het auteursrecht op de artikelen in dit archief berust bij het Onderwijsblad, columnisten of freelance-medewerkers. Het citeren van delen van artikelen is toegestaan, mits met bronvermelding. Volledige overname, herplaatsing of opname in andere publicaties is slechts toegestaan na overleg met de hoofdredacteur via onderwijsblad@aob.nl Indien het gaat om artikelen van freelancers zal hiervoor een bedrag in rekening worden gebracht.