- blad nr 1
- 11-1-2014
- auteur . Overige
- Redactioneel
De overambitieuze ouder:
‘Havo is geen optie’
Tekst Desiree Hoving
‘Jij hebt toch Folkert van Huisduijnen in de klas’, vraagt rector Willem aan zijn collega Jenneke, terwijl hij met twee bekers vers getapte koffie voor haar uitloopt naar zijn werkkamer. Ze antwoordt: ‘Jazeker, zwakke leerling. Heel zwak. En lui.’ Willem: ‘Je weet dat de ouders enorme druk hebben uitgeoefend om dat jong op het vwo te houden? Wij hebben ze met klem afgeraden om dit pad in te gaan.’ Jenneke: ‘Hij zit op huiswerkcursus. En dat helpt niet.’
Deze dialoog staat in het boek Havo is geen optie dat in oktober 2013 verscheen. Het is de debuutroman van Martje van der Brug, die inspiratie haalde uit tien jaar ervaring in het curatorium (adviescollege) van het Rijnlands Lyceum in Wassenaar. Dezelfde school waar haar zoon en twee dochters hun vwo-diploma behaalden. “Ik denk dat er twee redenen zijn waarom ouders havo geen optie vinden”, licht Van der Brug toe. “Ouders willen het beste voor hun kind en denken dat dat een vwo-diploma is. Bovendien zit er een statuselement aan: in sommige kringen vinden ouders het vreselijk als hun kind ‘maar’ naar de havo of het vmbo kan. De paradox is dat ouders soms vechten voor dat vwo en niet zien dat ze hun kind eigenlijk diep ongelukkig maken.”
In haar boek gaan sommige ouders tot het uiterste om hun kind op het vwo te krijgen en houden. Zo haalt de moeder van Folkert hem uiteindelijk van school en schrijft hem in bij het particulier onderwijs. ‘Wat hij nodig heeft, is structuur en docenten die de stof goed kunnen uitleggen. Niet meer en niet minder. U bent daartoe niet in staat gebleken’, zegt de moeder tegen Jenneke, die op haar beurt denkt dat de jongen gewoon op de havo hoort. Maar ze zegt het niet. ‘Misschien past onderwijs in kleine groepjes wel beter bij hem’, oppert ze liefjes.
Hoe realistisch is het beeld dat Van der Brug schetst? Zijn er in werkelijkheid ook ouders die hun kind naar huiswerkklasjes sturen en naar het particulier onderwijs?
Ja. Lydia Verheul* is zo’n ouder. Ze heeft twee zonen die op de basisschool een vwo-advies kregen, maar die eenmaal op de middelbare school toch afgleden. Ze stuurde hen naar het particulier onderwijs. “We dachten eerst: We doen jullie op huiswerkbegeleiding. Want de jongens kregen te weinig aandacht op school, ze misten de structuur en werden te vrij gelaten. Volgens de begeleiders hadden de jongens vooral hulp nodig bij het maken van een langetermijnplanning. Toen een van hen bleef zitten, hebben we de stekker eruit getrokken. Ik ben blij dat ik mijn kinderen heb kunnen ‘redden’ op een privéschool, al heeft dat veel geld gekost. We hadden dus ook ambitie voor onze kinderen, maar naar ons idee volkomen terecht. Ze werden gewoon niet gezien.”
Pushen
Jacqueline Drost herkent het verhaal van Verheul. Haar dochters zaten op het vwo en haar zoon doet havo. Daarnaast was ze rector van een Luzac College en is nu conrector op een reguliere middelbare school. Ze zegt: “Met name jongens tussen de twaalf en zestien jaar hebben moeite met het huidige onderwijssysteem. Dat komt doordat hun mentale ontwikkeling nog niet zover is om te plannen en zelfstandig te werken. Hierdoor dreigen jongens af te zakken naar een lager niveau. Om die reden is het particulier onderwijs booming. Daar is veel meer aandacht voor leerlingen en onderwijs in kleine groepjes past beter bij jongens.” Van der Brug reageert desgevraagd: “Er slagen elk jaar duizenden jongens voor het vwo-examen. Je kunt dus niet zeggen dat het onderwijssysteem alle jongens belemmert.”
Recente statistieken over het aantal ouders dat hun kind naar het particulier onderwijs stuurt, zijn er helaas niet. Wel zijn er cijfers over de huiswerkklasjes in Nederland, die steeds populairder worden. Volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek gaven ouders in 2011 bijna zes keer zoveel geld uit (149 miljoen euro) aan bijlessen, huiswerkbegeleiding en examentraining als in 1995 (26 miljoen euro).
“In Wassenaar zitten veel kinderen op huiswerkklasjes, vergeleken met de rest van Nederland”, zegt docent Kees Vermeer*, die lesgeeft aan het Rijnlands Lyceum. “Van de leerlingen zelf weet ik dat dat komt door de druk van hun ouders. Als school vinden we dat natuurlijk helemaal niet leuk, want leren moet je op school. Toch zie ik dat deze leerlingen vaak wel heel goed zijn. Natuurlijk zijn er wel kinderen die het vwo niet aankunnen, maar dat zijn maar een handjevol per jaar. Maar de twee of drie waarbij het gebeurt, vallen wel meteen op. Net als in de roman Havo is geen optie.”
Dit laatste beaamt Martien van Gastel, leraar geschiedenis en conrector van het Maurick College in Vught. “We hebben ook wel eens meegemaakt dat havo geen optie is, maar dat zijn maar heel kleine aantallen. Als ik dit jaar naar de brugklas kijk en het aantal ouders tel dat het niet eens is met de plaatsing van hun kind op de havo of op het vwo, dan zijn dat er drie geweest. Dat is helemaal niks. Sterker nog, de helft van de kinderen die geen vwo-advies krijgt, gaat toch vwo doen. Die redden het meestal ook wel. Bovendien zijn we hartstikke tegen huiswerkklassen. Die werken volledig averechts, daarmee ga je ze alleen maar meer aan het handje nemen en pushen om dat diploma te halen.”
Mondig
Maar waarom sturen toch steeds meer ouders hun kinderen op huiswerkklasjes? Daar weet Sebastian Dingemans, woordvoerder van de VO-raad antwoord op. “We constateren de laatste jaren dat ouders mondiger worden en zich vaker lijken te realiseren dat niet je afkomst, maar je opleiding je toekomst bepaalt. Daarom willen ze dat hun kind een zo goed mogelijk diploma haalt en leggen ze de lat steeds hoger. Ook zitten ze erbovenop als het in hun ogen niet goed gaat met hun kind of als ze het idee hebben dat het beter kan.”
Volgens docent Vermeer zijn ouders in Wassenaar altijd al mondig geweest. “Ze zijn hoog opgeleid en hebben hoge verwachtingen van hun kinderen, maar dat is niet iets van deze tijd, dat is altijd al zo geweest. Ik heb ook de middelbare school gedaan die mijn vader wilde dat ik deed. Zelf vind ik het alleen maar prettig dat ouders zo mondig zijn en in discussie gaan. Als een moeder op een ouderavond tegen mij zegt: ‘Mijn zoon heeft een 5, wat denkt u daaraan te doen?’, dan zeg ik: ‘De bal ligt ook bij u als ouder, niet alleen bij mij’.”
Opvallend is dat in het particulier onderwijs de verwachtingen van ouders hoger lijken te liggen, zo ervoer Jacqueline Drost als rector op het Luzac College: “Het gebeurde nogal eens dat ik na een intakegesprek het meest wist over de vader. Hij vertelde steevast hoe succesvol hij wel niet was en dat hij dat eigenlijk ook van zijn zoon verwachtte. Dat beangstigde me altijd, want ik dacht: Het gaat toch om je kind en niet om jou? De leerlingen waren bovendien vaak bevreesd over de reacties thuis als het eens tegenzat. Ze waren bang om niet te voldoen aan de verwachtingen van hun ouders, ondanks het geld wat er in hen gestoken werd.”
Havo is soms geen optie, omdat ouders de lat voor hun kinderen gewoon enorm hoog leggen. Maar datzelfde kan van scholen worden gezegd, volgens Paul Bijlsma, coördinator van 5010 - de informatie en adviesdienst voor ouders over onderwijs – bij de Vereniging Openbaar Onderwijs. “In kranten verschijnen scoringslijstjes van scholen waarop onder meer staat hoeveel leerlingen blijven zitten. Scholen zijn als de dood dat ze daarop worden afgerekend, want er is steeds meer onderlinge concurrentie en de strijd om de leerling wordt heftiger. Om die reden worden scholen voorzichtiger en schatten ze leerlingen vaker laag in. Wij krijgen veel vragen van ouders die zich druk maken over zoveel voorzichtigheid. Als een leerling bijvoorbeeld schooladvies vwo heeft en zijn Cito-score stemt daarmee overeen, dan besluit de middelbare school soms toch dat hij op de havo thuishoort, als hij in de vijfde klas een dipje in z’n leercurve heeft gehad. Mijn ervaring is dat de meeste ouders heel mondig, maar wel realistisch zijn in wat ze verwachten van hun kind en hun school. Maar soms komen scholen en ouders daar niet samen uit: scholen zeggen dan dat ouders te ambitieus zijn en ouders zeggen dat scholen hun kind afremmen of geen passend vervolgonderwijs bieden.”
{noot}
*) De namen Lydia Verheul en Kees Vermeer zijn op verzoek van de personen zelf geanonimiseerd
{noot met covertje boek}
Martje van der Brug, Havo is geen optie, Uitgeverij Artemis & Co, ISBN 9047204123, € 18,95.